Het feest van de mogelijkheden
Zullen we deze zomereditie voor de verandering eens starten met een (enigszins gewaagde) beeldspraak ? Je zou het Landwijzer-leertraject kunnen bekijken als een soort “graanteelt”. In september is het op ons werkveld een drukte van jewelste, want er moet gemest en geploegd en geëgd worden. En zo begin oktober kan dan de eigenlijke teelt beginnen, die over de winter- en lentemaanden heen loopt.
In de daarop volgende zomer wordt er – ook weer ongeveer gelijk met het graan - geoogst. Voor de cursisten die een eerste groeijaar hebben afgerond is dat een heel bijzondere tijd, want ze toetsen hun oogst van opgedane kennis en werkervaring tijdens een inspirerende zomerweek op Dottenfelderhof. En overigens blijven de meeste cursisten in de zomermaanden druk doende met leren (minstens stage-gewijs), maar we krijgen ze bij landwijzer niet meer wekelijks over de vloer.
En dat laatste maakt dat het Landwijzer-team nu zo’n beetje beleeft wat je op dit eigenste moment op de graanakkers ziet. Daar lijkt op het eerste gezicht ook niet veel te bewegen : het graan is weg, het stro is gehaald, en op de stoppels lijkt er niet veel te beleven.
Maar schijn bedriegt. Want ondergronds en ongezien is het bodemleven – tenminste, als dat bodemleven biologisch in vorm is – nu in volle actie. Wat een beetje misprijzend “oogstresten” wordt genoemd wordt door dat dienstbare bodemleven toch weer opgetild en naar de levenscycli toegevoerd, om er ongekende en onvermoede toekomstmogelijkheden te voeden.
Ook bij Landwijzer zijn we in deze tijd, meestal enigszins ongezien, bezig met de voorbereiding van de volgende groeicycli. Voor een stuk is dat heel praktisch-organisatorisch, maar voor een deel ook inhoudelijk. Er wordt veel voorbereid, gelezen en ook wel eens iets her-lezen. Tijd voor herbronning.
Zelf nam ik het boek “Op weg naar een fijnzinnige landbouw” nog eens opnieuw ter hand. Daarin wordt aan de hand van gesprekken een heel inspirerende visie ontwikkeld op de maatschappelijke uitdagingen waar de landbouw in deze tijd voor staat.
In het nawoord schuift auteur Jan Schrijver een aantal conclusies naar voren die mij recht naar het hart gaan. Ik pluk er een paar citaten uit :
- “Het is tijd om (kwaliteit) in te zetten voor verandering en het feest van de mogelijkheden te omarmen. Zodat meer jonge mensen inspiratie zullen vinden in de eindeloze ontwikkelingsmogelijkheden die de landbouw biedt.”
- “Bouwen aan de toekomst van de agrarische sector vereist voor jonge boeren een scholingsweg (…) waarin de identiteit van de landbouw weer voorop staat.”
- “Een inspirerende werkomgeving bieden voor jonge mensen, zodat de ineenstorting van het aantal boerenbedrijven eindelijk stopt.”
Het feest van de mogelijkheden. Als ooit een beeldspraak kans maakt om de bijnaam van Landwijzer te worden, laat het dan deze zijn. En laten we er op zijn minst al voor het komende schooljaar inspiratie uit putten.
Koen Dhoore